Regels
Het typisch Nederlands cultuurverschijnsel "gedogen" staat onder grote druk. Gedogen, dat doen we al jaren graag en veel. Het principe is simpel: we spreken met zijn allen af dat iets niet mag, we leggen dat in een wet vast, en vervolgens spreken we ook af dat we het niet erg vinden als iemand zich niet aan die regels houdt. "Moet kunnen", lijkt de heersende moraal.
Het gedoogbeleid ten aanzien van softdrugs lijkt zijn langste tijd gehad te hebben. De vele maatschappelijk ongewenste effecten van coffeeshops wegen inmiddels zo zwaar, dat de roep om stringente handhaving al maar toeneemt. Logisch. Je zal maar een buurman hebben met een wietkwekerij aan huis. Of je kinderen zullen maar op een school gaan naast een coffeeshop. Dat wil je niet.
Maar veel van de roependen om een einde te maken aan dat drugsgedoogbeleid roepen ook dat er een uitzondering moet worden gemaakt voor het rookverbod in de kleine cafés. Want zelf willen ze hun sigaretje niet missen. Het CDA-congres van afgelopen zaterdag werd voor dit dilemma geplaatst. En maakte er korte metten mee: er dient een einde te komen aan de gedoogcultuur in Nederland. Op naar nul coffeeshops. En geen uitzonderingen op het rookverbod in de horeca. Stoere taal.
Alsof het zo eenvoudig is om cultuur te veranderen. Het gedogen zit ons in het Nederlandse bloed. De coffeeshops zullen niet allemaal verdwijnen (dat vind ik jammer), en de rokers in de cafés zullen steeds ongehoorzamer worden. We laten ons in Nederland de wet niet voorschrijven, we doen gewoon met z'n allen waar we zelf zin in hebben: "Regels zijn prima, maar ze gelden niet voor mij", dat is onze moraal.
Reacties