De terrorist als popidool
Baader (2002)
Vanavond op tv een zeldzaam slechte film gezien: "Baader" van regisseur Chris Roth. Ik las de aankondiging en heb vervolgens verzuimd om me even van tevoren te oriënteren. Dus zat ik met hooggespannen verwachtingen klaar. De periode 1969 - 1977 in Duitsland, de Bleierne Zeit, zoals deze in een andere (wél uitstekende) film wordt genoemd, biedt materiaal te over om een meer dan onderhoudende speelfilm te kunnen maken. Dat is Roth niet gelukt.
De film gaat over het leven van Andreas Baader, oprichter en leider van de Rote Armee Fraktion, ook wel bekend als Baader-Meinhof-Gruppe, een Duits stelletje anarchisten dat het land jarenlang teisterde met hun stadsguerilla. Bankovervallen, brandstichtingen, aanslagen, ontvoeringen, vliegtuigkapingen, politieke moorden, you name it.
Maar de film vertelt een heel ander verhaal. We zien Andreas ('Andi') als een soort popidool. Niks revolutionairs. Meer Robbie Williams dan Che Guevara. De regisseur laat zich ook niet beperken door zoiets triviaals als wat er werkelijk is gebeurd. Zo wordt de hoofdpersoon aan het einde van de film doorzeefd met politiekogels, terwijl in werkelijkheid Baader is gearresteerd in zijn onderbroek. En heeft hij nog jaren in de speciaal voor hem en zijn anarchistenvrienden gebouwde Stammheim-gevangenis doorgebracht voordat hij daar onder nooit helemaal opgehelderde omstandigheden overleed. In de film lijkt Baader meer geinteresseerd in vrouwen en BMW's dan in de omverwerping van het militair-industriële complex, in de gelijkwaardige behandeling van vrouwen of in de emancipatie van arbeiders.
Nog slecht geacteerd ook.
Kijken naar deze film was tijdverspilling. En ergerniswekkend. Géén aanrader dus.
Reacties