De huiswerkopdracht
Observeer een willekeurig iemand en vorm je een indruk van deze persoon. Kijk tijdens deze observatie goed naar iemands kleding, gezichtsuitdrukkingen, stem, houding, etc. Ga daarna bij je zelf na, waarop die indruk is gebaseerd.
Maak hier een paar korte notities van ter voorbereiding op de training.
De werkman
Een man in een blauwe overall komt me langzaam lopend tegemoet op het terrein van de fabriek, in de richting van de poort. Hij loopt iets voorovergebogen. Hij is zo tussen de vijftig en zestig jaar oud schat ik. Zijn grijze haar wordt al wat dunner. Hij draagt een bril. Achter die bril knijpt hij de ogen wat dicht, vanwege de felle zon die hem in het gezicht schijnt. Hij glimlacht naar me in het voorbijgaan en zegt met een zwaar Gronings accent "goedemorgen".
Mijn indruk: vriendelijke man, zo eentje die zijn leven lang al zwaar werk doet. Laag opgeleid, wel een vakopleiding, lasser of zo. SP-stemmer.
De dame
Een dame als een toverfee, in een grote BMW, wil me van 't trottoir afracen. 't Zal wel een temeier wezen, met d'r vent in de WW.
Tenminste, in Amsterdam. Wanneer ik deze dame in bijvoorbeeld Wassenaar zou tegenkomen, zou ik een iets andere eerste indruk van haar hebben.
Reacties